Het lichaam van de kunstenaar presenteert zich als een levend altaar, aangeboden voor een moment van reflectie, van meditatie, gebed, verzoek, niet voor een god of heiligen, maar voor de wereld.
In de christelijke religie betekent het aansteken van een kaars het openen van je hart voor God en het opheffen van een gebed tot Hem. Het is ook de manier om uitdrukking te geven aan je gehechtheid aan een bepaalde heilige, door hem een verzoek te sturen of zelfs te bedanken. Een offer begeleidt dit proces.
Hier wordt het ritueel voorgesteld om jezelf in staat te stellen je zorgen, je angst en je verdriet over de wereld te uiten; het is een manier om te reageren op de ecologische wanhoop die we momenteel ervaren.
Deze voorstelling is zowel geïnspireerd door de rituelen van de kunstenaar in een kring van vrouwen om onder andere de zonnewendes en equinoxen te vieren, als door het essay van Joanna Macy, ‘Acting with Environmental Despair’, waarin de vraag wordt gesteld: ‘Kunnen we onze pijn voor de wereld erkennen en ermee leven op een manier die ons bestaan bevestigt en ons vermogen om te handelen vrijmaakt? “.
Een jaar geleden werd een eerste versie van deze voorstelling gepresenteerd tijdens het Trouble festival. In dit kader werden ruim zestig verdrieten aan de voet van het hoofdaltaar geplaatst. Deze anonieme zinnen worden tussen 11 april en 1 september tijdens verschillende gelegenheidssessies naast elkaar gegraveerd op een van de wanden van de tentoonstelling.
Performance vanaf 18.30 uur